Om te zorgen dat we tijdens de judotrainingen respectvol en veilig met elkaar om kunnen gaan, gelden de volgende regels voor de dojo:

Voor iedereen:

  • Geen schoenen in de dojo (zo houden we het schoon).
  • Iedereen komt op tijd (max 5 minuten voor de kloktijd; zo hoeven anderen niet te wachten).
  • Voor judoka’s: zie direct hieronder, voor ouders: scroll verder naar beneden.

Voor judoka’s:

  • Als je toch te laat bent, zeg je sorry, vertel je waarom en ga je pas de mat op als de leraar dat toestaat.
  • Blote voeten op de tatami (alleen sokken aan als je een pleister of andere bandage op je voet moet beschermen).
  • Niet met blote voeten buiten de tatami (sokken of slippers gebruiken, zodat je niet het vuil van buiten de tatami de tatami op meeneemt).
  • Het judopak is schoon en wordt (dus) regelmatig gewassen (hygiëne voor jou en je partner).
  • Het haar is schoon en hangt niet voor de ogen (anders kan je niet goed judoën).
  • Lang haar wordt gedragen in een staart of vlecht met een elastiekje zonder hard of metalen plaatje (want dat kan namelijk een ander pijn doen).
  • Geen sieraden om (ze kunnen kapot gaan en veel belangrijkers: ze kunnen letsel veroorzaken bij jou of je partner).
  • Schone en kortgeknipte nagels (lange nagels kunnen breken en kunnen de ander letsel toebrengen).
  • Je kleedt je thuis om (dat scheelt rumoer).
    • … behalve als je volwassen bent (maar dan kleed je je wel in een kleedkamer om en niet langs de rand van de mat);
    • … en behalve wanneer je voor het eerst komt en een judopak van ons leent.
  • Je eet of drinkt niet in de dojo (als er wordt getrakteerd, eet je dat dus buiten of thuis op; zo houden we het schoon).
  • Je groet voor elkaar (beleefdheid is een deugd en maakt deel uit van de judosport):
    • Aan het begin en het eind van de les wordt de leraar (of de leraren) gegroet.
    • Als je de mat opkomt of deze verlaat, groet je voor de mat.
    • Als je een nieuwe partner kiest of krijgt, groet je voor elkaar.
    • Als je doordraait naar een andere partner, groet je eerst je vorige partner af.
  • Tijdens de les ga je niet zonder toestemming van de leraar de tatami af (als je weg bent, weet je niet wat de oefening is; toiletbezoek in beginsel vóór de les).
  • Je luistert naar wat de leraar vertelt en kijkt naar wat de leraar laat zien (want anders weet je niet wat je moet doen en dan kunnen er ongelukken gebeuren).
  • Hoger gegradueerden helpen de lager gegradueerden (judo is een samenspel van partners; je leert (ook) van elkaar).
  • Je geeft niet op bij een oefening die niet lukt (want als je niet blijft proberen, leer je het niet – sommige dingen kosten nu eenmaal tijd.

Voor ouders

  • Alleen de eerste les van de maand mag er worden gekeken. De andere lessen blijf je tijdens de les buiten. (Dit zorgt voor rust op de trainingen).
  • Dit geldt ook voor de ouders van nieuwe judoka’s. (Op school, kinderdagverblijf, voor- en naschoolse opvang, gastouder enz. ben je er ook niet bij. Blijft u er wel bij, dan verstoort dat de aandacht van zoon of dochter en dat gaat ten koste van de veiligheid van de les.)
  • Als je, op de eerste les van de maand, komt kijken: welkom. Maar mond dicht aan de kant. Niet met elkaar praten, niet aanmoedigen. (Rumoer van de kant zorgt voor rumoer op de mat. Dat leidt de leerlingen af en vergroot de kans op ongelukken.)
  • Ook voor ouders geldt: schoenen uit! (We willen het schoon houden.)
  • Ouders komen niet zonder toestemming van de leraar op de mat. Ook niet even. (Het verstoort de goede gang van zaken van de les.)
  • Natuurlijk mogen er dingen worden besproken met de leraar. Doe dat in de korte tijd tussen de twee lessen of maak even een belafspraak, dan is er meer tijd. (We zijn niet geheimzinnig, we willen graag het contact goed houden, maar we willen niet de les laten lijden onder overleg.)